Mensen onder de 60 jaar worden voorlopig niet meer met het coronavaccin van AstraZeneca ingeënt. Dat heeft demissionair minister Hugo de Jonge (Volksgezondheid) donderdag bekendgemaakt. Hij volgt daarmee een spoedadvies van de Gezondheidsraad op.
Verband tussen vaccin en zeldzame bloedklachten
Volgens het Europees Geneesmiddelenbureau EMA is er waarschijnlijk een verband tussen het vaccin en een zeldzame en gevaarlijke combinatie van bloedklachten. Enkele tientallen mensen in Europa kregen na toediening van het AstraZeneca-vaccin last van bloedstolsels (trombose) en een laag aantal bloedplaatjes (trombocytopenie). De Jonge benadrukt dat het om een zeer zeldzame bijwerking gaat.
Het streven blijft om “in de tweede helft van mei iedereen met een verhoogd risico een eerste prik te hebben gegeven”, aldus De Jonge. En begin juli moet iedereen die er een wil een eerste prik hebben gekregen. Over de precieze gevolgen denkt hij de komende dagen meer te kunnen zeggen.
Verdere planning vaccinatiecampagne
Volgens De Jonge zal het besluit 60-minners niet meer met AstraZeneca in te enten “geen grote consequenties” hebben voor de planning van de vaccinatiecampagne, omdat vooral 60-plussers ermee geprikt zouden worden. Het risico om ernstig ziek te worden of te overlijden door corona is boven de 60 een stuk groter dan bij jongere mensen en daarom gaat het vaccineren met AstraZeneca in die leeftijdscategorie wel door.
Voor jongere mensen is de verhouding tussen het risico en het profijt van het vaccin anders, aldus De Jonge. Daarom wordt er in die categorie nu gestopt. Hij vindt het goed dat er “op de pauzeknop” werd gedrukt zodat het vaccin goed onderzocht kon worden. “De veiligheid van het vaccin moet boven elke twijfel verheven zijn.”
Bron: Skipr